In het eerste jaar groeit uw pup het snelst. Loop daarom het eerste jaar niet te veel met uw pup, zeker geen lange afstanden of naast de fiets laten lopen. 2 tot 5 km per dag afhankelijk van de leeftijd en verdeeld over de dag is meer dan voldoende. Laat uw pup niet over zwaar, mul zand lopen. Dit overbelast de spieren en de pezen. Het beste is op gras.
Als u thuiskomt van het uitlaten en de pup zakt met een grote zucht in slaap, dan heeft u zeker te veel gelopen. Een pup moet je niet moe laten lopen. De pup kent zijn grenzen niet, deze moet u bepalen.
Neem als je toch een grote wandeling maakt een rugzak mee waarvan je de bovenkant dicht kan snoeren (ze zijn heel lenig om er toch weer uit te klimmen), je stopt de pup (tot een jaar oud) er in, als hij genoeg heeft gewandeld. Je kan zelf je wandeling af maken en als de pup weer is uitgerust, dan kan hij weer mee lopen.
Op de leeftijd van ongeveer 15 maanden mag de hond naast de fiets lopen (langzaam opvoeren) in een rustig tempo. Laat de pup wel eerst aan de fiets wennen, voordat je ermee gaat fietsen. Controleer tijdens het fietsen regelmatig de voetzolen. De temperatuur buiten mag niet te hoog zijn (liever niet meer dan 15 graden). Waarom? Een hond kan niet zoals wij mensen zweten. Een hond zweet d.m.v. hijgen en uit zijn voetzolen. Dus als het te warm is, is dus ook het wegdek te warm, dan kan de hond niet voldoende zweten, zelfs de poten verbranden, en zou oververhit kunnen raken met als gevolg dat de hond in een shock raakt. Let hier dus goed op.